Een marifoon gebruiken?

Via de marifoon legt u contact met andere schepen en met sluizen, verkeersposten en andere walstations. Of met de kustwacht. Op zee en op binnenwater. U weet wat er in uw omgeving gebeurt en u kunt een veilige koers uitstippelen.

U onderhoudt met de marifoon contact met verkeersbegeleiders en u ontvangt er veiligheidsberichten aan boord. Uw noodoproep wordt gehoord door iedereen die zijn marifoon uitluistert.

Een marifoon is niet verplicht aan boord van een klein schip (er zijn enkele uitzonderingen), maar onmisbaar in gebieden met beroepsvaart.

(bron: varendoejesamen.nl)

Hoe maakt u uw boot winterklaar?

Als bootbezitter maakt u voor de winter een keuze of u uw boot of schip in het water laat liggen, of dat deze op de kant gaat. In beide gevallen zijn er specifieke zaken waar u rekening mee moet houden om uw schip goed de winter door te laten komen. We zetten zes tips op een rijtje:

1. De motor

Naast het gewone onderhoud dat bij de motor hoort, zoals olie verversen, filters checken en vernieuwen, is het voor de winterperiode, waarin vorst te verwachten valt, het allerbelangrijkst om deze dus vorstbestendig te maken. Denk daar niet te licht over, u kunt forse schade oplopen aan de motor als u dit niet doet.

Eerst moet u weten of u een open of gesloten koelwatersysteem hebt. Bij een gesloten systeem is het koelsysteem gevuld met koelvloeistof. Daar kan niet veel mee misgaan. Bij een open koelsysteem wordt er water van buitenaf aangezogen om de motor te koelen. Hier is het wel zaak om de motor goed winterklaar te maken. Er mag geen water in het systeem blijven staan.

  • Sluit de afsluiter van de waterinlaat.
  • Draai de wierfilter open.
  • Laat de motor draaien terwijl u rustig antivries in de wierfilter giet.
  • Zet de motor uit als er antivries achter uit de uitlaat van het koelwatersysteem komt. (Vang dit wel op met een emmertje, antivries is zeer slecht voor het milieu)
  • Zet de afsluiters dicht. Draai de afsluiter van de inlaat een keer open en dicht, zodat er antivries in de kogel/afsluiter komt.

2. Gas en elektra aan boord

Koppel de eventuele gasflessen aan boord af en sla de flessen thuis op, liefst op een droge plek met ventilatie. Controleer de gasslangen en koppelingen en vervang deze op tijd. Vervang slangen minimaal om de 3 jaar.

Als een accu ontlaadt, verandert de elektrolyt in water, wat dus kan bevriezen. Het is dan ook aan te raden om uw accu’s vol geladen te houden. Deze dus af en toe aan de lader zetten is verstandig. Als u de accu’s makkelijk van boord kunt halen, kunt u ze op een droge (vorstvrije) plek opslaan. Ook daar af en toe opladen is raadzaam. Controleer ook of de accu’s bijgevuld moeten worden (met gedestilleerd water).

  • Haal, voor zover dat kan, elektrische apparatuur van boord en sla het thuis, op een droge en warme plek, op. Spuit aan boord open verbindingen en contactpunten in met vochtwerende spray tegen corrosie.
  • Besteed aandacht aan draaiende delen, zoals stuurkolom, lieren etc. Zorg dat tandwielen e.d. ingevet zijn.
  • Verwijder water uit de bilge en maak deze schoon. Ook de gasbun goed schoon- en droogmaken.

3. Toilet en drinkwatervoorziening

  • Gebruik voor alle watersystemen aan boord een NIETGIFTIGE-antivries. Gebruik dus NIET de giftige variant die vaak bij auto’s wordt gebruikt. U vindt de goede soort bij de watersportwinkel.
  • Uw toilet enkel droogpompen is niet voldoende. Er kan water blijven staan in bochtjes en richeltjes. Koppel de slang van de waterinlaat los (sluit natuurlijk wel de afsluiter) en hang deze in een reservoir van antivries. Pomp deze door het toilet heen en sluit vervolgens de afsluiter naar buiten toe.
  • Laat al het water uit de drinkwatertank lopen. Haal eventueel het laatste restwater er handmatig met een spons. Zorg ervoor dat in de slangen en waterpompen geen water blijft staan.
  • Tap een eventuele boiler goed af. Haal bij een elektrische boiler eerst de stroom eraf.
  • Laat alle afsluiters aan boord vollopen met antivries. Giet antivries in het aanvoerpunt/slang, open en sluit de afsluiter een keer zodat er antivries in de kogel blijft staan.
  • Als uw boot op de kant staat, sluit dan de afsluiters (water er eerst uit laten lopen). De afsluiters smeren voor de winter is verstandig tegen corrosie. (Via de huiddoorvoer)

4. Romp en dek

  • Maak de romp en het dek goed schoon. Vuil kan zich in de winter vastzetten.
  • Het loont om de polyester in de was te zetten voor de winter ter bescherming. Boen de was pas in het voorjaar uit.
  • Werk plekjes bij, dus waar verf af is: behandelen voor de winter.
  • Vet rubbers van luiken, ramen e.d. in.
  • Gebruik een afdekzeil als het mogelijk is. Water kan in kleine hoekjes en scheurtjes blijven staan en kan door bevriezing schade aanbrengen aan uw dek.
  • Zet interne luiken en bakskisten open voor ventilatie. Dit helpt schimmel te voorkomen.

5. Tuigage

  • Haal zeilen en lopend want van het schip en sla het thuis droog op. Smeer eventueel de systemen van de rolfok of rolgrootzeil.
  • Controleer de verstaging en verwijder eventuele braampjes of knikken. Check of alle borgpennen nog aanwezig en in goede staat zijn.
  • Maak blokken en schijven schoon.

6. De uitrusting

  • Haal kussens van boord, of zet ze rechtop om schimmel tegen te gaan.
  • Maak de boot goed schoon, alle eten en bederfelijke waar eruit. Ook flessen en blikjes, deze kunnen bevriezen.
  • Haal alles van boord dat te lijden kan hebben van vocht en kou en sla het thuis op.
  • Haal kleding en reddingsvesten van boord. Check de reddingsvesten op onderhoud.
  • Check de brandblussers en laat ze op tijd keuren.
  • Plaats vochtvreters in de verschillende ruimtes.

Winterklaar

De taken om uw boot goed winterklaar te maken zullen per boot verschillen. Let gewoon goed op waar water kan blijven staan, waar vocht en kou schade aan kunnen richten, en los deze punten op. Ga ook tijdens de winterstalling enkele malen kijken hoe uw boot erbij ligt.

(bron: varendoejesamen.nl)